- Sleep een gegevenselement van het palet en zet het neer in de tabel. Gegevensbinding selecteren beeldt alle kolombindings af die eerder zijn gedefinieerd voor elementen in de tabel.
- Maak een nieuwe kolombinding:
- Selecteer de eerste lege rij en geef bij Naam een unieke naam op voor de kolom.
- Bij Gegevenstype selecteert u een gegevenstype dat geschikt is voor de gegevens die worden opgehaald met de expressie die u hierna opgeeft. Als u niet weet welk gegevenstype u moet opgeven, gebruikt u het standaardtype Any.
- Bij Expressie geeft u de expressie op die aangeeft welke gegevens moeten worden opgehaald. Gebruik een van de volgende methoden:
- Typ de expressie rechtstreeks in het veld Expressie.
- Als u hulp nodig hebt bij het samenstellen van de expressie klikt u in het lege veld en klikt u vervolgens op de knop met de puntjes om de Expressiebuilder te starten. Afbeelding 4-2 toont een expressie in de Expressiebuilder die de waarden van twee gegevenssetvelden combineert die zijn geselecteerd uit de gegevensset Customers. Klik op OK als u klaar bent met het samenstellen van de expressie.
Afbeelding 4-2 Expressiebuilder toont een kolombinding-expressie
- Bij Aggregeren op gebruikt u de standaardwaarde N.v.t. De optie Aggregeren op is alleen van toepassing op aggregaatexpressies die berekeningen uitvoeren voor een opgegeven set gegevensrijen.
Afbeelding 4-3 Voorbeeld van een door de gebruiker gedefinieerde kolombinding
- Selecteer de kolombinding die u hebt gemaakt door op het selectievakje te klikken naast de naam van de kolombinding. Klik vervolgens op OK. Het gegevenselement gebruikt de geselecteerde kolombinding. Als u een preview van het rapport bekijkt, beeldt het gegevenselement de gegevens af die in de kolombinding zijn gedefinieerd.